Tijdens de Tweede Wereldoorlog werden door het naziregime op grote schaal kunstvoorwerpen geroofd, voor een belangrijk deel afkomstig van Joodse eigenaren. Andere kunstvoorwerpen moesten onder dwang of voor een te lage prijs verkocht worden. Tot in de jaren vijftig is een deel van de objecten die uit Duitsland terugkwamen, teruggegeven aan de rechtmatige eigenaren. Een deel waarvan geen eigenaar opgespoord kon worden, werd geveild. Wat achterbleef kwam in de rijkscollectie en kreeg de titel NK-collectie (Nederlands Kunstbezit-collectie).
Sinds 2022 doet de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) herkomstonderzoek naar deze cultuurgoederen. De ruim 3.200 objecten worden door middel van (digitale) bronnen en archieven onderzocht door herkomstonderzoekers, vaak in opleiding. Naast het onderzoek is de RCE het eerste aanspreekpunt voor mogelijke restitutie van de cultuurgoederen. Als het zeker of in hoge mate waarschijnlijk is dat objecten tussen 1933 en 1945 geroofd, geconfisqueerd of onder dwang verkocht zijn, dan kunnen ze onder het huidige restitutiebeleid teruggegeven worden aan de oorspronkelijke eigenaar of diens erfgenamen. Daarnaast geeft de RCE voorlichting en deelt de dienst kennis, zoals tijdens workshops over herkomstonderzoek. Resultaten van het herkomstonderzoek zijn te vinden op wo2.collectienederland.nl, een speciaal ontworpen portaal waarop de gehele NK-collectie te vinden is.