Welke stemmen horen we (niet) in het archief?

META Nummer 2022/5

Welke stemmen horen we (niet) in het archief?

Geschreven door Jan Stuyck
Gepubliceerd op 06.09.2022
IMPORTANT

Onder de titel Representatie: welke stemmen horen we (niet) in het archief? gaf Andrew Flinn op 23 april een lezing in de webinarreeks To think otherwise – Future Archives, georganiseerd door het Centrum Kunstarchieven Vlaanderen (CKV), CEMPER, het Vlaams Architectuurinstituut (VAi), het Letterenhuis, meemoo en FARO. Het onderzoek van Andrew Flinn, Reader in Archival Studies and Oral History aan het University College London (UCL), omvat community-based archiefpraktijken, archivistisch activisme en sociale rechtvaardigheid, en participatieve benaderingen van kennisproductie met het oog op sociale verandering en transformatie.

Representatie 

Vanuit zijn onderzoek stelt Andrew Flinn vast dat archieven van verschillende gemeenschappen (communities) weleens durven te ontbreken in diverse collectiebeherende instellingen. Die constatering is niet nieuw, meent Flinn. Een belangrijk referentiepunt in het debat over representatie ziet hij reeds in 1970 bij de historicus Howard Zinn in diens oproep aan collega-historici en -archivarissen om hun vak te humaniseren. Dat humaniseren kon volgens Zinn enkel bewerkstelligd worden door in te zien dat de veronderstelde neutraliteit van de archivaris fake is, want hoe dan ook is de archivaris een “instrument of social control”. Een van de sleutelfiguren bij het verspreiden van Zinns boodschap was Gerald Ham met zijn toespraak in 1974 op de conferentie van de Society of American Archivists, gepubliceerd als The Archival Edge.

Het pleidooi om meer rekening te houden met degenen die doorgaans niet gerepresenteerd zijn in archiefinstellingen zou de decennia daarop nog af en toe ter tafel komen, onder meer dankzij de socioloog Stuart Hall. Maar de laatste jaren is het debat opnieuw geopend, vooral door onderzoekers als Michelle Caswell die stelt dat “archival endeavours should not be about documenting the past, nor even about imagining the future[…], but about building a liberatory now”.

IMPORTANT

Aandacht voor en erkenning van erfgoed van een bepaalde gemeenschap of een bepaald milieu leidt niet alleen tot de ontmanteling van dominante narratieven. Het is relevant stil te staan bij de beweegredenen van diverse gemeenschappen om zelf voor hun archief te zorgen, want hun primaire motivering tot collectievorming is vaak niet dezelfde als die van een erkende collectiebeherende instelling. Waar voor die laatste (historisch) onderzoek centraal staat, dient collectievorming door en binnen gemeenschappen een emancipatorisch of liberatory en helend doel. Kortom, archiveren als een vorm van activisme.

Archiveren als activisme

Aldus ontstond het begrip ‘counterarchive’ met als doel – volgens Anat BenDavid – “to engage in alternative modes of knowledge production that re-open the discussion about what is public knowledge”. Andrew Flinn zelf definieert ‘community archives’ als “grassroots activities of documenting, recording and exploring community heritage in which community participation, control and ownership of the process is essential”. Hij is zich ervan bewust dat het merendeel van het onderzoek naar representatie zich situeert in een Angelsaksische context en traditie, en dat de dynamiek van acquisitiebeleid kan verschillen van land tot land. Dat neemt niet weg dat de kenmerkende top-downwerking van collectiebeherende instellingen er onvermijdelijk toe leidt dat bepaalde gemeenschappen niet aan bod komen.

Om de blinde vlekken in de collecties van door de overheid gefinancierde archieven aan te pakken, kunnen deze instellingen meer perspectieven deel laten uitmaken van hun verzamelbeleid. Al ziet Andrew Flinn dat een kritische kijk op en invulling van het verzamelbeleid niet noodzakelijk de meest adequate manier is om ondergerepresenteerde groepen te bereiken. De ervaring leert dat het waardevoller is om te (h)erkennen wat al aan initiatieven plaatsvindt in gemeenschapsarchieven en om manieren te vinden om met hen samen te werken. Dat kan leiden tot verzamelen in context of tot (digitale) koppeling tussen collecties. Een voorbeeld daarvan is de Community Archives and Heritage Group (CAHG) in Groot-Brittannië. Het is een forum waar inzichten en expertise gedeeld worden tussen professionals en geïnteresseerde community archives.

 Inzetten op bondgenootschappen, zoals de CAHG, (‘counterparts’ eerder dan ‘counter-archives’) creëert de mogelijkheid tot meerstemmigheid. Deze benadering dwingt om verzamelen of collectievorming als een decentraal gegeven op te vatten. Bijgevolg hebben archiefinstellingen niet langer het monopolie op wat bewaard wordt, en bepalen ze dus niet langer welke verhalen al dan niet tot het collectieve geheugen behoren.

Meer informatie

Howard Zinn, ‘Secrecy, archives, and the public interest’ In: Midwest Arch 2,(2): p 14–26 (1977).
Gerald Ham, ‘The Archival Edge’. In: American Archivist 38, (1): p 5-13 (1975).
Michele Caswell, Urgent Archives. Enacting Liberatory Memory Work, p 13 (2021).
Anat Ben-David, Counter-Archiving: Combating Data Colonialism, (2020).
De lezing van Andrew Flinn en een verslag van de Q&A kun je terugvinden op de respectieve websites van de organiserende partners van de webinarreeks. Kijk bijvoorbeeld op ckv.muhka.be.

Waarom lid van de VVBAD worden?

  • Deel zijn van het netwerk van experten en collega's
  • Mee de belangen van de informatiesector behartigen
  • Korting krijgen op de activiteiten van de VVBAD
  • Toegang krijgen tot vakinformatie
  • Participeren in de verenigingsbesturen
Word lid
© Vlaamse Vereniging voor Bibliotheek, Archief & Documentatie vzw
Statiestraat 179 | B-2600 Berchem (Antwerpen)
Tel: (+32) 03 281 44 57 | email: vvbad@vvbad.be