Was opa een held? Speuren naar mannen en vrouwen in het verzet tijdens WO II

META Nummer 2021/1

Was opa een held? Speuren naar mannen en vrouwen in het verzet tijdens WO II

Geschreven door Harald Deceulaer
Gepubliceerd op 02.02.2021

De Tweede Wereldoorlog blijft een sleutelrol spelen in ons collectief bewustzijn en in het culturele landschap. Dat blijkt niet alleen uit talloze tv-documentaires, maar ook bijvoorbeeld uit de mooie romans van Jeroen Olyslaegers en Stefan Hertmans.

Toch krijgen sommige aspecten uit de oorlog veel aandacht, terwijl andere ondergesneeuwd zijn. In dat verband is het contrast tussen het verzet en de collaboratie zeker in Vlaanderen frappant. Tijdens de Tweede Wereldoorlog namen 100.000 à 150.000 mannen en vrouwen deel aan het verzet in België.

In dezelfde periode waren ongeveer 100.000 Belgen actief in de collaboratie. Hoewel het aantal verzetsmensen dus hoger lag, is hun impact op het collectief geheugen beduidend beperkter dan die van de collaborateurs met het naziregime.

Het is geen toeval dat deze bronnengids over het verzet drie jaar na Was opa een nazi? verschijnt, de bronnengids voor de collaboratie die werd uitgegeven door Koen Aerts, Pieter Lagrou, Dirk Luyten, Bart Willems en Paul Drossens. Ook de tv-reeks Kinderen van het verzet kwam er pas na Kinderen van de collaboratie.

Was opa een held? is geen historische synthese of een boek met spannende verhalen. Het is een gids voor wie zelf op speurtocht wil gaan in de archieven, voor familieleden en nabestaanden, (amateur)historici, journalisten, enz.

Het eerste deel van het boek (p. 21-107) schetst de bredere historische context en de beeldvorming. Nico Wouters bespreekt de redenen van de zwakkere verzetsherinnering in het eerste hoofdstuk.

Hij wijst onder andere op de interne politieke verdeeldheid, de Vlaams-Waalse spanning, het traditioneel-militaristische karakter van de herdenkingsrituelen en de ‘concurrentie’ van andere herinneringsculturen.

Het verzet was ook minder sterk verankerd in de grote politieke zuilen, die na WO II opnieuw het politieke landschap domineerden.

In het tweede hoofdstuk geeft Fabrice Maerten een boeiend overzicht van de brede waaier aan groepen, netwerken en verzetsbewegingen, met hun politieke, sociologische en geografische achtergronden. Hij bespreekt ook hun successen.

Want hoewel verzetsmensen minder aandacht kregen na de oorlog, of zelfs geconfronteerd werden met een negatieve beeldvorming, is hun directe impact tijdens de oorlog zeker niet te onderschatten.

Zo’n 40.000 ondergedoken werkweigeraars werden geholpen, tienduizenden documenten werden via inlichtingennetwerken doorgegeven aan Londen, duizenden Joden (onder wie 3.500 kinderen) werden gered, duizenden sabotageacties brachten klappen toe aan de bezetter, honderden neergehaalde piloten werden naar Engeland gesmokkeld, 850 collaborateurs werden gedood, zeker zevenhonderd sluikpers-bladen werden uitgegeven, en sommige verzetsgroepen vochten mee tijdens de bevrijding (bijvoorbeeld rond de haven van Antwerpen).

IMPORTANT

Het derde hoofdstuk bespreekt de statuten en procedures van erkenning, een complex verhaal met belangrijke implicaties voor het beschikbare bronnenmateriaal. Het tweede en omvangrijkste deel van het boek (p. 111-333) bestaat uit de eigenlijke bronnengids.

Voor onderzoek naar het verzet bestaan vele bronnenreeksen in een groot aantal archieven in binnen- en buitenland, maar deze zijn meestal niet zo bekend bij historici, laat staan bij het brede publiek. Het is de grote verdienste van deze gids dat hij dat alles zeer uitgebreid, grondig en gedetailleerd in kaart brengt.

Het boek getuigt van de uitzonderlijke vakkennis en eruditie van de auteur en van de 57 archivarissen en bibliothecarissen die gedetailleerde informatie hebben bezorgd over hun collecties. De aanpak is zeer praktisch en didactisch. Systematisch worden de wie-, wat-, waar- en hoe-vragen behandeld.

Wie: welke organisaties bestonden er, wie was erin actief? Wat: welke archieven worden bewaard? Waar: in welk archief of documentatiecentrum zijn ze te raadplegen? Hoe: hoe zijn de archieven of reeksen geïnventariseerd en hoe kun je ze raadplegen?

De antwoorden op deze vragen worden onvermijdelijk vrij technisch. Het boek gaat daar soms wat ver in, met bijvoorbeeld beschrijvingen van de schermen waar je achtereenvolgens op moet klikken op de websites van sommige organisaties. Deze informatie is vandaag nuttig, maar dreigt snel te verouderen.

Onderzoek naar het verzet is niet eenvoudig. Om evidente redenen hielden verzetsorganisaties tijdens WO II zelden een uitgebreide administratie bij, laat staan foto’s, zodat vele bronnen a posteriori gevormd werden.

Vaak gebeurde dat in het kader van een aanvraag tot erkenning van een statuut, wat soms gekoppeld was aan een financiële vergoeding. Niet alle verzetsmensen hebben echter zo’n statuut aangevraagd. Vele waren al overleden: zo’n 15.000 verzetsmensen hebben hun leven verloren tijdens de oorlog.

De officiële erkenningen geven soms een misleidend beeld. Het aantal personen erkend als ‘burgerlijk weerstander’ of als ‘weerstander door de sluikpers’ ligt bijvoorbeeld lager dan die van ‘gewapende weerstander’, terwijl in werkelijkheid de overgrote meerderheid van de verzetsleden actief was in het burgerlijk verzet, en niet in de gewapende strijd.

Sommige verzetsstrijders waren geneigd om in hun aanvragen hun rol aan te dikken of te antidateren, dan wel om sommige aspecten te verdoezelen. De Tweede Wereldoorlog was bij uitstek een zeer polariserende periode.

Voor polariserende onderwerpen of tijdperken is het cruciaal om over instellingen te beschikken waar we betrouwbare feitelijke informatie kunnen terugvinden. Archieven kunnen zo’n plaats voor waarheidsvinding zijn, ook als er onwaarheden in archiefdocumenten te vinden zijn.

Een gids zoals deze, die het gemakkelijker maakt om verschillende archiefdocumenten zorgvuldig te vergelijken, is dus meer dan ooit belangrijk. De gids sluit af met een uitgebreide bibliografie, een chronologie en indices.

Met dat alles kan de hoop gekoesterd worden dat het verzet weer de plaats zal krijgen die het verdient: in het collectieve geheugen, in de geschiedschrijving en in de familiegeschiedenis van velen. Een online startpunt is belgiumwwii.be, een interactieve encyclopedie over WO II, door specialisten geschreven voor een breed publiek.

> MAERTEN Fabrice (red.), Was opa een held? Speuren naar mannen en vrouwen in het verzet tijdens WO II, Tielt, Lannoo, 2020, 367 p.

Waarom lid van de VVBAD worden?

  • Deel zijn van het netwerk van experten en collega's
  • Mee de belangen van de informatiesector behartigen
  • Korting krijgen op de activiteiten van de VVBAD
  • Toegang krijgen tot vakinformatie
  • Participeren in de verenigingsbesturen
Word lid
© Vlaamse Vereniging voor Bibliotheek, Archief & Documentatie vzw
Statiestraat 179 | B-2600 Berchem (Antwerpen)
Tel: (+32) 03 281 44 57 | email: vvbad@vvbad.be