Copernicus in de Koninklijke Bibliotheek van België (KBR)

META Nummer 2019/3

Copernicus in de Koninklijke Bibliotheek van België (KBR)

Geschreven door Patrick Vanouplines
Gepubliceerd op 04.04.2019
IMPORTANT
De 'Dialogo sopra i due massimi sistemi del mondo' van Galileo Galilei.

Hoe het kwam, weet ik niet, maar een paar weken geleden viel mijn oog nogmaals op een boek waarvan ik tot dan toe niet besefte waarover het ging. In een boekhandel zag ik een fel in prijs verlaagd exemplaar liggen van Het boek dat niemand las. Dat verscheen in 2004. Blijkbaar was de ondertitel In de voetsporen van Nicolaus Copernicus me voordien niet opgevallen.

Nog voordat ik het boek tot de laatste pagina uitlas bladerde ik door tot een overzicht van alle nog bestaande exemplaren van de eerste twee edities van De Revolutionibus van Copernicus. Ook in België zijn er exemplaren te vinden. Zelfs vier in de Koninklijke Bibliotheek (KBR): twee van de eerste editie uit 1543 en twee van de editie uit 1566. Via Unicat zie ik dat er twee exemplaren van de eerste editie zijn, slechts een van de tweede editie. De catalogus van de Koninklijke Bibliotheek bevestigt dat. Een exemplaar weg uit de KBR of eerder een foutje bij Gingerich? Een bezoek aan de KBR en een nalezen van het boek van Gingerich uit 2002 tonen aan dat hij in zijn Het boek dat niemand las mogelijk een kopieerfout maakte.
Gingerich publiceerde in 2002 een lijvige census waarin hij alle exemplaren van de edities uit 1543 en 1566 bespreekt. Hij heeft, wereldwijd reizend, rond de vijfhonderd exemplaren bestudeerd. Over de exemplaren in de KBR schrijft hij enkel dat er geen annotaties in voorkomen. Het exemplaar in de Universiteit van Luik, eerste editie uit 1543, is uitgebreid beschreven door Gingerich. De annotaties, in twee verschillende handschriften, wijzen erop dat dit exemplaar geannoteerd is door twee personen: “Wonderfully annotated throughout in two hands” (Gingerich 2002, p. 8).

Copernicus legde de wiskundige fundamenten, op basis van waarnemingen. Hij ondervond dat het Ptolemeïsche model (met de aarde onbeweeglijk in het centrum, en daarrond sferen met epicykels om de retrograde beweging te verklaren) minder goed te verklaren/berekenen was dan met een heliocentrisch model. De grote verdienste is dat Copernicus begreep en verkondigde dat de aarde en de planeten rondom de zon draaien. Het duurde nochtans jaren van waarnemen, rekenen en denken voordat Copernicus tot een manuscript kwam. En zijn leerling Rheticus moest dan nog lang aandringen totdat Copernicus toestemming gaf tot publicatie. Het publiceren was niet eenvoudig, zeker niet met de toenmalige druktechnieken. De uitgever breidde de titel van het boek uit tot De Revolutionibus orbium coelestium en er werd een voorwoord toegevoegd waardoor de uitgever zichzelf misschien wel veilig stelde, maar waardoor het boek ingeleid werd als een boek met een hypothese die weliswaar mooiere rekenresultaten geeft, maar eigenlijk als rekenmiddel staat naast dat andere, op dat moment aangenomen Ptolemeïsche model. Copernicus zelf kon hieraan niet veel wijzigen: hij ontving het eerste exemplaar op zijn sterfbed.

Gingerich (2016) legt in zijn recent boekje heel mooi uit hoe het wereldbeeld veranderde na Copernicus. Kepler publiceerde, meer dan 50 jaar na Copernicus, in 1596 zijn Mysterium Cosmographicum. Dat boekje was een poging om de afstanden tussen de planeten in het Copernicaanse model te verklaren. Een vriend van Kepler maakte een reis naar Italië en overhandigde het boekje van Kepler aan Galilei. In zijn dankbriefje schreef Galilei dat hij ook een Copernicaan was, maar dat verborgen hield. Het jaar 1609 was de basis voor een nieuwe evolutie. Kepler publiceerde zijn grote werk Astronomia Nova, met daarin de eerste beschrijvingen van de hemelmechanica. Galilei construeerde zijn eerste telescoop. In januari nam hij daarmee vier lichtpuntjes nabij Jupiter waar. Hij begreep heel snel dat dit objecten waren die omheen Jupiter draaiden. Dit was een zonder meer fenomenaal inzicht: de eerste waarneming van objecten die draaiden omheen een planeet. Zoiets zou nog moeilijker te rijmen vallen met het Ptolemeïsche model. Galilei werd nu zelf, onder andere met de publicatie in 1610 van zijn Sidereus Nuncius, een actieve verkondiger van het Copernicaanse model. Dat gebeurde met gevolgen voor hemzelf persoonlijk, maar ook met het gevolg dat de Katholieke Kerk ongecensureerde versies van de De Revolutionibus nu pas op de index der verboden boeken plaatste. Met de publicatie in 1632 van zijn Dialogo sopra i due massimi sistemi del mondo kwam Galilei helemaal in moeilijkheden.

Tijdens het bezoek aan de Koninklijke Biblio­theek op 5 maart 2019 maakte Marc Engels foto’s. Het is wonderlijk dat je deze heel oude werken, met een veilingwaarde van om en bij het half miljoen euro zomaar kunt vasthouden en erin bladeren. Ons bezoek werd op eminente wijze aangevuld door Dr. Michiel Verweij van de KBR. Hij vertelt ons over de herkomst van deze drie exemplaren: ze zijn afkomstig uit de bibliotheek van de Gentse Charles Joseph Emmanuel Van Hulthem die in 1837 aangeschaft werd bij de oprichting van de KBR. Het exemplaar met het kenmerk VH 8284 C L.P. is ongetwijfeld het mooiste exemplaar: prachtig ingebonden en van excellente kwaliteit. Het tweede exemplaar, met het kenmerk VH 8285 C L.P. is wat minder mooi, maar voor folio 1 is een houtsnede mee ingebonden met daarop een hemelsfeer. Het derde exemplaar, van de twee druk uit 1566, draagt het kenmerk VH 8287 C L.P., zodat je je afvraagt waar het exemplaar met het nummer 8286 is. Dat is wellicht het exemplaar dat zich nu in de Gentse Universiteitsbibliotheek bevindt, vertelt doctor Verweij ons. Om de historische lijn door te trekken hadden we ook een exemplaar van Galilei’s Dialogo aangevraagd. De bijgaande foto’s tonen daarmee de revolutionaire omwenteling van ons wereldbeeld, op minder dan honderd jaar tijd.

Referenties
•    Gingerich, O. (2002). An Annotated Census of Copernicus’ De Revolutionibus (Nuremberg, 1543 and Basel, 1566). Studia Copernicana – Brill Series, Volume: 2. Brill, Leiden – Boston – Köln. 440 + xxxii p.
•    Gingerich, O. (2004). Het Boek Dat Niemand Las – In de voetsporen van Nicolaus Copernicus. Ambo | Anthos uitgevers, Amsterdam. 311 p.
•    Gingerich, O. (2016). Copernicus – A Very Short Introduction. Oxford University Press, New-York. 98 p.

 

Waarom lid van de VVBAD worden?

  • Deel zijn van het netwerk van experten en collega's
  • Mee de belangen van de informatiesector behartigen
  • Korting krijgen op de activiteiten van de VVBAD
  • Toegang krijgen tot vakinformatie
  • Participeren in de verenigingsbesturen
Word lid
© Vlaamse Vereniging voor Bibliotheek, Archief & Documentatie vzw
Statiestraat 179 | B-2600 Berchem (Antwerpen)
Tel: (+32) 03 281 44 57 | email: vvbad@vvbad.be