Welke vragen roept het rapport evenwel op?
Ten eerste de impliciete beperking tot verhalend of literair lezen. Die is begrijpelijk vanuit het onderwijs, maar is in een ruimere leescontext niet houdbaar. In een bibliotheek komen alle vormen van lezen, met name informatieve, aan bod. Ook in de boekhandel is dat zo: er verschijnen in het volwassenensegment veel meer non-fictieboeken dan fictie. Veel van het verhalend lezen vanuit de bibliotheek en de boekhandel is bovendien ontspannend en niet specifiek literair.
De metingen die vooropgesteld worden, hebben te maken met de plaats van Vlaanderen in internationale onderwijsrankings voor begrijpend lezen zoals PISA (Programme for International Student Assassement). Bedoeling is om opnieuw in de top te komen, nadat onze regio de voorbije jaren weggezakt is. Ik zie wel dat op die manier een meetbare resultaatsindicatie gecreëerd wordt, waarmee de evolutie over de jaren heen gevolgd kan worden. Politici die middelen moeten vrijmaken, zijn gevoelig voor dat soort argumenten. Maar een echte indicatie over hoe sterk ontlezing teruggedrongen wordt, kan ik er niet in vinden. De focus op kinderen en adolescenten is vanzelfsprekend voor het onderwijs. Ook zeer jonge kinderen worden betrokken, zij die nog niet kunnen lezen. Dat gebeurde vroeger al, ook in bibliotheken (bijvoorbeeld Boekstart). Het leesprobleem is echter ruimer – en gespreid over de verschillende leeftijden van jong tot oud – wat de nota onderkent, maar niet echt uitwerkt.
Wat ook opvalt, is dat de vijand niet benoemd wordt in het plan. Het begrip ‘ontlezing’ wordt niet gebruikt. Blijkbaar is er een aarzeling om dat nogal harde woord te gebruiken, de nota wil – denk ik – vooral perspectief bieden.
Hoewel dit niet in de tekst staat, wordt een termijn van tien jaar vooropgesteld om het probleem op te lossen. Zo blijkt uit een interview dat de auteurs van het rapport gaven. Naar analogie met een gelijkaardig plan in Ierland zou men reeds op vijf jaar resultaten kunnen zien. Tien jaar, zelfs vijf jaar, blijft lang.
Ontlezing
Dat brengt ons bij het fundamentele punt: is ontlezing een echt probleem, zoals klimaatverandering dat is? Ik denk het wel, al ligt lezen natuurlijk in een andere dimensie. Zijn de voorgestelde acties voldoende? Ik ben bang van niet. Maar kun je ontlezing wel echt te lijf gaan? Ontlezing wordt veroorzaakt door de andere socialisering van kinderen en jongeren in een hypergemediatiseerde en geglobaliseerde samenleving. Daarin is minder plaats voor het omgaan met de werkelijkheid door geschreven teksten. De digitale manieren om de werkelijkheid te benaderen, zijn te attractief in vergelijking met het boek. Toch houdt het boek merkwaardig goed stand. Het digitale boek bestaat wel, maar blijft een randfenomeen met beperkte aantrekkingskracht voor jongeren, omdat het zwak staat in vergelijking met andere digitale media.
In die zin moet de uitspraak van de jonge lezer aan het begin van dit artikel begrepen worden: jongeren leven door hun socialisering in een heel nieuwe wereld, waar lezen in een ander perspectief komt te staan. Socialisering is een proces over het hele leven, ook andere leeftijdsgroepen passen zich aan. Ontlezing is een verschijningsvorm van cultuurverandering. Cultuurveranderingen zijn voer voor sociologen. Er is sprake van winst en van verlies, ook van dingen die we als waardevol ervaren zoals lezen. Het herwinnen ervan is niet vanzelfsprekend. Toch wil ik niet te pessimistisch zijn. Ook voor de klimaatproblematiek zijn de maatregelen too little, too late en is er geen garantie op succes. Maar het klimaat staat wel op de agenda. Dit is ook de verdienste van het plan, het zet ontlezing op de kaart. Het stelt initiatieven voor, zoals een Vlaamse Leesdag, die lezen meer maatschappelijk moeten verankeren.
Welkom in de bibliotheek
Dezelfde jonge lezer die ik eerder citeerde, vertelde mij dat hij zelden een leeftijdsgenoot ontmoette in de bibliotheek. Maar hij bleef komen, want hij voelde zich welkom en hij las graag. Anthony Doerr, Amerikaans Pulitzerprijswinnaar, beschrijft dit in zijn nieuwe roman Wolkenstad: personages voelen zich thuis in de bibliotheek, die op zich een metafoor wordt voor de Wolkenstad uit de titel. Niet voor niets draagt hij zijn boek op aan alle bibliothecarissen, ook die van de toekomst. Het boek van Doerr is geschreven tijdens de eerste lockdown van de coronapandemie. Er was een herleving van het lezen in die periode. Die vertaalde zich in een groter aantal verkochte boeken. Of er een blijvend effect is, is onzeker. En wat de wereldwijde papierschaarste met het klassieke boek doet, is ook koffiedik kijken.
Over ontlezing is het laatste woord nog niet gezegd. En het laatste actieplan zeker nog niet geschreven ...
Leesoffensief staat op onderwijs.vlaanderen.be. Wolkenstad (oorspronkelijke titel Cloud Cuckoo Land) van Anthony Doerr is een uitgave van The House of Books in 2021. Onder andere Claude Lévi-Strauss schreef over cultuurverandering.