Met de voeten in het water: de overstromingen van 2021

META Nummer 2022/2

Met de voeten in het water: de overstromingen van 2021

Geschreven door Michel Trigalet, Els Herrebout, Vitus Sproten
Gepubliceerd op 22.03.2022
IMPORTANT
Eupen: te vernietigen archief van het Arbeitsamt in Eupen. Foto: © Els Herrebout.

Eerste luik: de ramp en de vaststellingen

Prelude

Op dinsdag 13 juli werkte het Rijksarchief Luik met een beperkt personeelsbestand. Voor velen waren het de eerste dagen van relatieve vrijheid na zestien maanden pandemie. Het bleef maar regenen. In de namiddag liepen de eerste berichten binnen over overstromingen. Woensdagavond 14 juli en vooral donderdagmorgen 15 juli hoorden we verontrustende berichten over het zuidoosten van het land. De gouverneurs van de provincies Luik en Brabant raadden onnodige verplaatsingen af. Op vrijdag 16 juli begon het waterpeil te dalen, maar het merendeel van de getroffen diensten was pas toegankelijk vanaf vrijdag of zaterdagmorgen.

Vanaf woensdagavond bereidden we ons voor op de komende dagen, aangezien we op het terrein zelf nog niets konden doen. Een collega herlas een tekst met noodmaatregelen voor de getroffen diensten. Een andere updatete de lijsten met dienstverleners: koelmagazijnen, allround dienstverleners voor rampenbeheer, vriesdrogers en restaurateurs. Een derde collega stelde lijsten op van mogelijk getroffen organisaties die we zouden kunnen helpen. Aan het eind van het weekend waren we klaar om in te grijpen, alleen moesten er nog contacten gelegd worden, wat tijdens een weekend niet eenvoudig is. Er werd besloten om niet ter plaatse te gaan zolang de nooddiensten belangrijke interventies deden.

IMPORTANT
Verviers: staat van het gerechtelijk archief op 22 juli 2021.

In Eupen, aan de voet van de Hoge Venen waar de Vesder ontspringt, begon de watersnood iets vroeger. Op 15 en 16 juli trok een buitengewoon zware regen over het oosten van het land: het Rijksarchief Eupen, de archiefdienst bij het Ministerie van de Duitstalige Gemeenschap, het Justitiepaleis in Eupen en de gemeentelijke archieven bleven echter gespaard. We vernamen wel dat ten oosten van de Hoge Venen, rond Aken, meerdere gemeentearchieven overstroomd waren en de eerste reddingsoperaties opgezet werden. Zaterdag kwamen de eerste concrete meldingen en noodkreten van archieven binnen bij het Rijksarchief. In het dal van de Helle, een bijrivier van de Vesder, bleek een rustig beekje te zijn veranderd in een kolkende rivier. In deze vallei bevonden zich het Arbeidsbureau en de Dienst Ruimtelijke Ordening van de Duitstalige Gemeenschap, en privé-instellingen met hun archieven.

Ook het Rijksarchief in Eupen gebruikte het weekend om voorbereidingen te treffen voor de reddingswerkzaamheden. De les die we daaruit leerden, is dat er vaak veel tijd verstrijkt voor je toegang krijgt tot crisisgebieden. Die tijd kun je gebruiken om je te organiseren, materiaal aan te schaffen en parate kennis over het handelen bij catastrofen op te frissen.

IMPORTANT
Verviers: schimmel op de registers van het vredegerecht.

Afwachten

In het ambtsgebied van het Rijksarchief Luik leden vooral de valleien van de Vesder, de Amblève en de Ourthe, en de Luikse wijken Angleur en Chênée veel schade. De lokale besturen werden hard getroffen. De FOD Financiën had zijn twee getroffen sites al aangepakt, maar de FOD Justitie was zwaar getroffen. Op maandagmorgen verstuurden we tientallen mails naar mogelijke slachtoffers. De gemeenten en OCMW’s, het bisdom Luik, de notarissen en de crisiscel van de provinciegouverneur kregen eenvoudige richtlijnen om hun archief te redden, maar sommige diensten hadden geen computers meer en bij andere raakte de mail bedolven onder andere berichten. Anne Jacquemin, werkleider bij het Rijksarchief Luik, contacteerde een vijftiental notarissen om raad te geven en onze hulp aan te bieden, maar de meeste hadden reeds het nodige gedaan.

In de weken na de overstromingen kregen we weinig respons. Toch hadden de diensten die nog toegang hadden tot hun mailbox de mail wel degelijk ontvangen en meerdere getroffen diensten volgden onze raad op, die vaak mondeling doorgegeven werd. Enkel twee OCMW’s, waarvan een ons bericht nog niet gelezen had, contacteerden spontaan het Rijksarchief Luik.

IMPORTANT
Limburg: kratten met archief uit het vredegerecht.

In Eupen was het eveneens pas na enkele dagen mogelijk om tot bij de getroffen gebouwen te komen. Ook hier was het devies: zorg voor selectielijsten, organiseer bekwame helpers die de dossiers kennen en kunnen helpen selecteren, zorg voor vervoer, en zoek uit of er parallelle bestanden bestaan. De informatie kwam maar met mondjesmaat door. In de dagen na de overstroming benaderden particulieren en bedrijven ons om advies te vragen. Een aantal belangrijke archieven die we wilden contacteren, konden we niet bereiken. Hieruit leerden we hoe belangrijk het is om noodnetwerken uit te bouwen en contactadressen van belangrijke archieven up-to-date te houden. Een tip: breng de archieven in kaart, om mogelijk bedreigde archieven op te sporen.

IMPORTANT
Spa: archief van het vredegerecht

De eerste vaststellingen

Op dinsdag 20 juli hoorden we van de Regie der Gebouwen dat de FOD Justitie te Verviers, Spa en Limburg ook getroffen was, en dat daar grote hoeveelheden archief zat. De collega’s van de Regie der Gebouwen waren pas de vorige dag ter plaatse kunnen gaan om de eerste vaststellingen te doen. Die donderdag gingen we met de regionale directeur van de Regie der Gebouwen en twee van zijn collega’s naar de getroffen plaatsen, samen met een aannemer. De autorit, die – het bezoek aan de gebouwen inbegrepen – in normale omstandigheden drie uur duurt, nam een hele dag in beslag.

In Verviers begaven we ons naar een gebouw waar gerechtelijk archief bewaard werd. Op de begane grond was het water tot op een hoogte van ongeveer anderhalve meter gekomen. Het archief van de onderste rekken was weggespoeld en lag nu kriskras verspreid over de vloer in een laag modder. Op sommige plaatsen kwam het mengsel van slijk en papier hoger dan een halve meter. De relatieve vochtigheidsgraad bedroeg tussen de tachtig en negentig procent, en het archief op de planken die niet overstroomd waren, voelde vochtig aan. Sommige documenten begonnen te beschimmelen. In de kelder moest nog veel water weggepompt worden, waardoor we niet binnen konden.

Gelukkig had de eerste verdieping niet al te veel geleden en lag de vochtigheidsgraad er onder de tachtig procent. Helaas stond de kelderverdieping in verbinding met de benedenverdieping via een grote traphal en was het niet mogelijk om te ventileren of een ontvochtiger te plaatsen: het nog droge archief werd dus bedreigd. Samen met een vertegenwoordiger van de FOD Justitie identificeerden we het archief. Dat werk werd aanzienlijk vergemakkelijkt dankzij de verslagen van een collega die in 2019 een overzicht gemaakt had. Het merendeel van het archief leek recupereerbaar. Het te restaureren archief werd echter geraamd op meer dan driehonderd strekkende meter, wat een zeer hoge restauratiekost betekende. Het ging voornamelijk om archief dat nog zo recent was dat het moeilijk was om hierin als rijksarchivaris alleen te beslissen. De volgende dag maakten drie archivarissen e

IMPORTANT
Het Protestants Centrum van Nessonvaux.

Vervolgens gingen we naar Limburg. Het archief van het vredegerecht lag opgeslagen in de kelders en de garage. Het archief in de garage kon grotendeels vernietigd worden, er moesten slechts enkele volumes gered worden. In een van de kelders was bijna al het archief uit de rekken meegesleurd en op de grond beland. De schade was zodanig dat maar weinig te redden leek. In de achterste kelder zat het archief in afgesloten kasten zodat het enigszins beschermd gebleven was. Het hing vol slijk, was opgezwollen door het water en beschimmeld.

Intussen had een goede ziel die het archief van verschillende parochies had kunnen redden een eerste van drie loten binnengebracht bij het Rijksarchief Luik. Studenten begonnen het archief in de garage te drogen met keukenrolpapier. Geen enkele functionele ontvochtiger was beschikbaar. Na onze interventie in het vredegerecht van Limburg, namen we in de auto een ander lot parochiearchieven mee naar het Rijksarchief.

Pas in oktober werden de vaststellingen afgerond. Hiervoor waren we naar zestien getroffen locaties geweest: om er de schade vast te stellen, advies te verstrekken en ons in te zetten voor de behandeling van alle federale sites en overheidsinstellingen die een beroep deden op het Rijksarchief. Tegelijkertijd hadden we de gemeenten, OCMW’s, parochies en notarissen van de getroffen regio’s gecontacteerd om inlichtingen in te winnen over de schade en om onze hulp aan te bieden. Soms moesten we vaststellen dat het archief totaal verloren was, zoals bij de protestantse parochie van Aywaille en soms werd ons gemeld dat het archief reeds in behandeling was bij privéfirma’s. Bij de weinige gevallen waar het mogelijk was, grepen we rechtstreeks in om archieven te redden

IMPORTANT
Spa: het sorteren van het archief van het vredegerecht.

Tweede luik: interventie

Onze eerste interventie vond plaats op 27 juli in het vredegerecht van Limburg. We kregen hulp van de Regie der Gebouwen die een bedrijf aangesteld had om de lokalen te reinigen en het archief te vervoeren. In de kelder richtten we onmiddellijk een noodatelier in. Met twee verpakten we het archief in folie en legden het daarna op een pallet, een derde bracht het naar boven. Reinigen was onmogelijk, omdat er slijk aan de lijm kleefde. Het archief was dermate opgezwollen dat we het niet uit de kasten konden halen en deze dus moesten openbreken. In de kelder was het ongeveer negentien graden en de luchtvochtigheid was zo hoog dat de condensatie op het plafond neersloeg en in regendruppels naar beneden viel. Na ongeveer drie uur waren we klaar. De vijf palletten werden geïdentificeerd en vertrokken naar een grote koelruimte in het Luikse.

Op 28 juli gingen we naar Verviers, naar de rue Xhavée. We haalden de stukken die absoluut gered moesten worden weg, een werk dat de hele dag in beslag nam. Daarna begonnen we met het verpakken van de documenten op de rekken, die we half demonteerden. Het was geen sinecure om met een hoofdlamp de vervormde, doorweekte en met slijk bedekte documenten te identificeren, die soms dubbel zo zwaar waren als normaal. Enkele documenten waren te zwaar beschadigd om te redden, maar bijna alles wat we tijdens het voorbereidend werk van 22 en 23 juli als recupereerbaar beschouwd hadden, werd met folie omhuld. We vulden twaalf palletten met archief. Het werd nog die avond en de dag erop in de vrieskamer ondergebracht.

Met de hulp van collega’s van andere depots hielpen we bij het OCMW van Limburg, het vredegerecht van Spa, het OCMW van Hamoir, de protestantse parochie en het gemeentebestuur van Aywaille, het gemeentebestuur van Pepinster en het Protestants Centrum van Nessonvaux. We probeerden, zonder veel succes, de kerkfabrieken te sensibiliseren. Uiteindelijk waren het de vrijwilligers van het Blauwe Schild die ons op de hoogte brachten en die nadien zelf het archief droogden.

IMPORTANT
Limburg: OCMW-archief dat vernietigd mag worden.

In principe verliepen de interventies in Eupen op dezelfde manier als in Luik. De archieven van het Arbeidsbureau, het Bureau voor Economische Ontwikkeling en enkele dossiers van de archieven van de Dienst Ruimtelijke Ordening konden gered worden. Het Rijksarchief verleende ook zijn hulp bij de redding van documenten van de vakbond CSC Ostbelgien, die een grote historische waarde hebben. De dossiers werden allemaal overgebracht naar Troisdorf in de buurt van Keulen voor het schokvriezen.

IMPORTANT
Een rekening van de parochie Gulke (Limburg).

Derde luik: opvolging

Hoewel de studenten vertrokken waren, moesten de documenten die overgebracht waren naar het Rijksarchief nog gedroogd worden. Het Blauwe Schild bood zijn hulp aan en dankzij de inzet van de verantwoordelijken, Anne-Sophie Hanse en Britt Claes, brachten vrijwilligers met ervaring in restauratie, enkele uren of dagen door in het Rijksarchief Luik om het drogende archief te redden. Vanaf begin augustus werd het keukenrolpapier vervangen door vloeipapier, en twee ontvochtigers draaiden permanent. Het archief werd te drogen gelegd in het quarantainelokaal, dat net groot genoeg was (ongeveer 25 m²) voor de hoeveelheid archief die moest drogen. De vrijwilligers van het Blauwe Schild verrichtten buitengewoon werk, waarvan het belang niet onderschat mag worden. Het drogen werd afgerond tussen de tweede week van september en de tweede week van november. Voor ingebonden en zeer dikke volumes moesten de vloeibladen gedurende twee maanden negen tot tien keer vervangen worden; dunnere boeken en losbladige bundels droogden in enkele dagen en met een drietal vervangingen.

Op de meeste sites was het onmogelijk om archief te ontruimen dat niet rechtstreeks getroffen was door het water, zelfs als dat wenselijk was. Dat was onder meer het geval in Verviers, waar geen ontvochtigers geplaatst konden worden door het ontbreken van elektriciteit. Enkel de benedenverdieping was overstroomd, maar het archief op de hoger gelegen verdiepingen was zeer vochtig. Het leed geen twijfel dat het archief op die verdiepingen bij grote warmte snel zou beschimmelen. Erger nog, de eerste verdieping was verbonden met een open traphal met een lichtkoepel die bij zonnig weer een serreeffect creëerde.

IMPORTANT
Spa: ventilatie van licht vochtige archiefbestanden.

Omdat er geen ander gebouw beschikbaar was, besloten we om het archief van de benedenverdieping over te brengen naar een geïsoleerde quarantainezone op de eerste verdieping en om die verdieping volledig af te schermen van de begane grond door de traphal af te sluiten. De drie zones die ontstonden, kregen natuurlijk verluchting: daarvoor werden gaatjes geboord in de gevel en werden sommige ramen vervangen door traliewerk. Geen van de twee verdiepingen beschikte namelijk over enige ventilatie. Bij warm weer was het zeer waarschijnlijk dat er schimmels zouden ontstaan in deze afgesloten en bijna volledig verduisterde omgeving. De metingen van de relatieve vochtigheid waren zeer verontrustend (meer dan 80 procent op de benedenverdieping bij ongeveer 20 graden). Na de ingrepen werd het klimaat in het gebouw maandelijks opgevolgd. De ventilatie van de begane grond kon niet verhinderen dat er onderaan de muren schimmel ontstond, vooral in de nabijheid van de kelder, die gedurende zes dagen volledig onder water gestaan had. Opmetingen en visuele controles bevestigen nog steeds het nut van onze beslissingen. De bewaaromstandigheden op de eerste verdieping zijn weliswaar niet ideaal, maar ze blijven onder de alarmdrempels en zijn beter dan in de kelder of buiten het gebouw, zowel bij droog als vochtig weer.

Bij het vredegerecht van Spa voerden we het vochtige archief dat vernietigd mocht worden af uit de kelder en droogden we ter plaatse enkele honderden volumes en bundels op natuurlijke wijze, na een oppervlakkige reiniging met een alcoholoplossing bij lichte schimmel. In de kelder lag veel archief dat niet rechtstreeks getroffen was, in omstandigheden die op het randje van aanvaardbaar waren. We lieten de kelder reinigen met een minimum aan water, zorgden ervoor dat de lambrisering waarachter schimmel ontstond weggenomen werd, lieten de muren wassen en een ontvochtiger plaatsen. Daarnaast plaatsten we het archief op afstand van de buiten- en binnenmuren, keken het archief dat in kisten zat na, noteerden de parameters, en zetten vervolgens de kisten op papieren rollen om te zorgen voor een goede ventilatie. Tussen onze twee laatste bezoeken verbeterden de bewaaromstandigheden in de kelder sterk, maar de toestand wordt nog steeds opgevolgd. Het vochtige archief en het archief met oppervlakkige schimmelvlekken dat ter plaatse gereinigd werd met een alcoholoplossing, is nu droog en in veiligheid.

IMPORTANT
Eupen: archief van het Arbeitsamt klaar voor het droogvriezen. Foto: © Els Herrebout.

Eens de grote interventies voorbij waren en de meeste archieven gedroogd of ingevroren, moesten we beginnen zoeken naar vriesdrooginstallaties. We moesten zoveel mogelijk bedrijven contacteren en erop toezien dat de prijzen voor het vriesdrogen niet te veel afweken van die in normale tijden. Soms hielp het om te zoeken naar bedrijven die ver van de getroffen gebieden verwijderd waren, omdat de prijzen voor het vervoer lager konden zijn dan de meerprijs die in dergelijke noodsituaties aangerekend wordt.

IMPORTANT
Verviers: isolatie van de archiefruimte op de eerste verdieping.

Een eerste balans?

Vandaag is het nog steeds onmogelijk om een definitieve balans op te maken. We kunnen echter wel al nadenken over de manier waarop die balans gemaakt moet worden. We kunnen onszelf bevragen over de relevantie van de ingrepen of ons afvragen waardoor erfgoed verloren gegaan is dat in theorie gered had kunnen worden. Ten slotte kunnen we ook inspanningen doen om ons voor te bereiden op de volgende crisis.

In de provincie Luik ondernamen archivarissen van de Rijksarchieven van Luik en Eupen actie op dertien plaatsen waar federale, regionale of plaatselijke overheden hun archief bewaren. Onze collega’s van Aarlen zorgden voor een interventie in La Roche en de collega’s van het SATURN-project voor een interventie bij de FOD Financiën in Ottignies en Namen. Deze interventies gingen van een eenvoudige vaststelling, over het verstrekken van richtlijnen tot de volledige sanering van een site. De schade aan het archief van de lokale besturen van Theux, Pepinster, Verviers, Trooz, Chaudfontaine en Spa is ernstig, maar we weten niet exact wat verloren gegaan is en wat gered werd, behalve voor de plaatsen waar we zelf geweest zijn om het archief te selecteren.

Archivarissen beschikken gelukkig over selectielijsten, of op zijn minst over criteria om te selecteren, wat een groot voordeel is ten opzichte van andere specialisten in de erfgoedsector. Een groot deel van de aangetaste archieven had op middellange termijn toch vernietigd moeten worden. Met de thans doorgevoerde selectie hebben we deze een beetje vroeger dan gepland vernietigd, waardoor we de archieflokalen snel konden reinigen en onze inspanningen konden concentreren op belangrijke archieven die gerestaureerd moesten worden of die in betere omstandigheden bewaard moesten worden.

Waarom werd op de ene plaats ingegrepen en op een andere niet? We stellen vast dat actie meestal ondernomen werd als archivarissen en de overheden die de documenten bewaren met elkaar overeenkwamen. Zelfs als de interventies gratis waren, wat op één uitzondering na overal het geval was in de provincie Luik, werden de archivarissen niet altijd goed onthaald, om redenen die best eens onderzocht zouden worden. Waarom werd er niet gereageerd op het aanbod om hulp te bieden? Wat is de visie van sommige archiefbeheerders op hun eigen archief? Waarom zijn er geen preventiemaatregelen genomen in de gebouw en waarvan bekend was dat ze in overstromingsgebied lagen?

IMPORTANT
Palletten met gerechtelijke archiefstukken uit Verviers in een koelruimte in Luik.

In meerdere gevallen werd het doorweekte archief weggegooid nadat het verwijderd was uit ondergelopen kelders of gelijkvloerse verdiepingen: een probleem minder in de veralgemeende chaos of een opportuniteit om plaats te maken door zich te onttrekken aan de wettelijke procedures? In elk geval wijst het op een gebrek aan voorbereidingen op een mogelijke calamiteit.

Het organiseren van een reddingsoperatie voor archief vereist ook een minimum aan belangstelling van de eigenaar of verantwoordelijke. De ervaringen lopen sterk uiteen, gaande van totale onverschilligheid tot een buitengewone toewijding. Zo redde Pauline Rombach, algemeen directrice van het OCMW van Limburg, bijna al het belangrijke archief van haar dienst, met inbegrip van het statisch archief. Tegelijkertijd maakte ze deel uit van de crisiscel van haar gemeente, hoewel ze zelf slachtoffer was van de overstromingen. De directeur-generaal van het OCMW van Hamoir werkte efficiënt mee aan de redding van enkele meters belangrijk archief dat zich in de kelder bevond, terwijl hij wist dat het overgrote deel vernietigd mocht worden. Dat stelde ons in staat om een selectie door te voeren volgens de reglementaire procedure. De federale diensten lieten zich ook niet onbetuigd: de FOD Financiën bekommerde zich zelf om zijn twee schadegevallen nog voor onze collega’s ter plaatse konden gaan. Talrijke medewerkers van de FOD Justitie in Luik en Verviers schoten in actie om met de waardevolle steun van de Regie der Gebouwen mee te helpen aan de redding van hun archief.

In veel gevallen vergrootte het gebrek aan infrastructuur en materiaal om het archief te drogen of voorlopig op te slaan onvermijdelijk de verliezen. Vloeibladen, kisten, opslagruimte, ontvochtigers, generatoren, tuinslangen, spatels, alcohol, het is allemaal onontbeerlijk. De adressen van restaurateurs, koeldepots en dienstverleners die kunnen vriesdrogen, moeten regelmatig een update krijgen. Maar vooral geoefende procedures en een goede organisatie en coördinatie van de inspanningen zijn cruciale elementen bij rampen. En niet te vergeten: de onderlinge communicatie tussen degenen die te hulp komen, en naar de media toe.

IMPORTANT
Eupen: te vernietigen archiefbestanden. Foto: © Vitus Sproten.

Waarom lid van de VVBAD worden?

  • Deel zijn van het netwerk van experten en collega's
  • Mee de belangen van de informatiesector behartigen
  • Korting krijgen op de activiteiten van de VVBAD
  • Toegang krijgen tot vakinformatie
  • Participeren in de verenigingsbesturen
Word lid
© Vlaamse Vereniging voor Bibliotheek, Archief & Documentatie vzw
Statiestraat 179 | B-2600 Berchem (Antwerpen)
Tel: (+32) 03 281 44 57 | email: vvbad@vvbad.be