Na een carrière van nagenoeg veertig jaar zwaaide Jan begin augustus af: een kans om een boekje open te doen over Jan Bib. Hoewel: een exhaustief portret maken op slechts één A4’tje, is natuurlijk een schier onmogelijke opdracht. Een naslagwerk past eerder bij hem. Bij voorbaat verloren dus, sorry Jan.
Dus kies ik maar voor de vintage bibaanpak: een trefwoorden(lijst), geannoteerd waar ie niet voor zich spreekt. Liever dan realisaties, feiten en gebeurtenissen op te sommen, schets ik een bibliothecaristype: Jan Bib is, staat voor:
Aforismen- en citatenverzamelaar, boekenopdrachtencollectioneur.
Bezeten: (on)zalige gemoedstoestand waarin Jan zich voortdurend bevindt.
Bibliofilie: is één van z’n dada’s. (Om z’n boekenverzameling te herbergen, schafte hij zich een bijkomende woning aan. Maar nu zit ze vol. Tijd voor een nieuwe taak: wieden.)
Bibliotheek: zijn grootste professionele liefde, bakermat van zijn leven. Hij vertoeft er graag, veel en lang, gemiddeld twee uur te veel per dag, en dan zwijgen we nog van de weekends.
Boon: met diens Bende begon het allemaal. Leuke toegift: Jan is helemaal niet van Harelbeke, zijn roots liggen in Erpe-Mere. Weliswaar geboren in Matadi (BelgischKongo).
Connoisseur van ‘van alles en nog wat’. Bij wijlen zo diepgaand en -gravend dat je er duizelig van wordt.
Erfgoedbibliotheek en Letterenhuis: Jans nieuwe pleisterplaatsen, na z’n pensioen.
Erudiet: of is het eerder extreem belezen? Toch maar oppassen, Jan, voor … bibliobesitas, voor hoarding of Péladanomanie … Niet zo makkelijk geneesbaar, las ik ergens. Er is in ieder geval nog geen vaccin beschikbaar om de boekenverzamelziekte te bestrijden … tenzij plaatsgebrek.
Kritisch: de desem in zijn bloed. Maar meestal positief, mild en intuïtief empathisch.
Kunst, tentoonstellingen organiseren, kunstenaars bezoeken, kunstgaleries en musea afdweilen … liefst die met connotaties naar schrijven, literatuur, boeken, …
Leesaversie wordt leeshonger: Jan leest al decennia ca. 180 boeken per jaar. Mark Patisson zegt daarover: “De bibliothecaris die leest, is een verloren man.”
Lef en creativiteit: twee kenmerken die Jan noodzakelijk acht om een bibliotheek levend te houden.
Minzaam lachend: ondanks z’n kritische geest blijft Jan positief, optimistisch gelovend in de toekomst van cultuur, boek en bibliotheek.
Muzikaal: een wat onderbelichte kant van Jan. Remember het optreden van de bibband in de hall van het S.M.A.K., zo’n twintig jaar geleden. Toen Jan zong, sprong en performde alsof zijn leven ervan afhing.
Nalatenschap: Jan Bib laat een prima geoutilleerde bib(werking) na en vertrouwt voluit op zijn Harelbeeks team en opvolgers.
Orde(nen) en ontsluiten: zoals bij zovelen ook een dada van Jan … Enige nuance: Jan Bib degusteert zijn boeken eerst … om ze excellent te kunnen ontsluiten. Dat vindt hij het wezen van bibliothecaris-zijn: de onstilbare leeshonger en natuurlijk de massale literaire en culturele bibcontent … prepareren om met zijn cliënten te delen. Tegenwoordig is het sharen.
Polyamorie: zo kun je Jans liefde voor literatuur, kunst, kunstenaarsboeken, schilderkunst, literaire reizen … (vul aan naar believen) best noemen. (zie ook: Z)
Schrijvershuizen: daar gaat Jan naar op zoek, net als naar de locaties die in de romans beschreven staan, en waar de verhalen zich afspelen. Reizen zit hem in het bloed, zowel in de werkelijkheid als … in zijn hoofd.
Serendipiteit: dat brengt Jan Bib van het ene naar het andere, van het ene in het andere. Vinden zonder zoeken. Eens wat anders dan ZIZO. En onderweg immer gevoelig voor onderlinge verbanden.
Spitzweg: zie ook: Het syndroom van Spitzweg: monografie van Jan over deze romantische schilder die zijn natte Bücherwurm-droom verbeeldde. Overigens: illustraties, tekeningen … grafiek zijn nog een zijtak van Jans verzamelijver. (begenadigd)
Spreker: honderden voordrachten, inleidingen, interviews, (activistische) tussenkomsten …
Team: -player, -builder en -pleaser.
Vakman: eentje die van vaardigheden en kundes … kunst(en) maakt.
Verteller: zo werd Jan geboren, gelukkige bezitter van een vat vol verhalen, waaruit hij voortdurend kan tappen, ook en vooral als hij zelf aan het schrijven gaat (meer dan dertig titels heeft hij inmiddels op z’n naam/ conto). Hij houdt er in z’n eentje een uitgever mee zoet.
Visie(s) dat heeft Jan, uitgesproken visies, waarbij steeds de lezer en het lezen centraal staan. En hij durft ze ook uitdragen. Deden missionarissen dat vroeger ook al niet?
Watou: geliefd kindje waar Jan nog lang hoopt voor te mogen ‘vaderen’.
Zot van boeken, varianten: zot van H(arelbeke), zot van dédicaces, zot van mooie, interessante en intrigerende dingen die plenty aanwezig zijn in Jans universum.
Het ga je goed, Jan Bib, succes met alles wat je ongetwijfeld nog gaat aanpakken! Nog één goeie raad van een soortgenoot: doe het wel wat rustiger aan en vergeet vooral onderweg niet te … genieten!