Daarom vragen we aan de Vlaamse regering, aan minister van Cultuur Jan Jambon, om de universiteiten als volwaardige spelers binnen het culturele-erfgoedveld te erkennen.
Dat zou een van de belangrijkste garanties zijn die we kunnen krijgen om die erfgoedwerking – zowel op het vlak van collectiebeheer als op het vlak van het ter beschikking stellen van expertise aan andere erfgoedspelers – voor de toekomst te verankeren.
Wat verstaan jullie eigenlijk onder de term ‘academisch erfgoed’?
Jeroen: Het is een term die we nergens in de Vlaamse regelgeving en beleidsdocumenten zien terugkomen.
Wij definiëren academisch erfgoed als alle objecten en collecties die ontstaan zijn vanuit de context van het onderwijs en onderzoek dat binnen de universiteit plaatsvindt en we voegen daar ook graag de hogescholen aan toe. Dat gaat zowel over objecten, archieven als bibliotheken, en over alle disciplines.
Dat kunnen wetenschappelijke instrumenten, herbaria, anatomische modellen of skeletten zijn. Academisch erfgoed kan alle mogelijke vormen aannemen en dat is ook het leuke eraan. Het erfgoed behelst alle onderzoeksdisciplines, maar ook de verhalen achter dat erfgoed zijn belangrijk.
We hadden hier aan de UGent een expert die de evolutie van de microscoop bestudeerde. Als je beseft in welke onderzoeksdisciplines microscopen ingezet worden, bijvoorbeeld in de biologie, de plantenwetenschap of de medische wereld, gaat er een hele wereld open.
Geert: Als een universiteit een collectie aanlegt, doet ze dat om wetenschappelijke redenen. Dat betekent dat je een collectie vormt die omvattend en representatief is. In die zin doen wij aan een andere collectievorming dan zeg maar een museum.
Onze collecties zijn niet aangelegd als een verzameling topstukken, maar om hoogwaardig onderwijs te kunnen geven. Dat zorgt ervoor dat je die collectie enkel goed kunt begrijpen als je de academische context erbij ziet.
In de landschapstekening spreken jullie van een nieuwe erfgoedspirit, waar komt deze volgens jullie vandaan?
Geert: Dat is niet iets dat de Vlaamse universiteiten uitgevonden hebben, het is al een tijdje internationaal aan de gang. Universitaire collecties stonden aan het eind van de vorige eeuw op een kruispunt.
Veel academische collecties waren in onbruik geraakt en werden niet meer in onderzoek gebruikt. Universiteiten vroegen zich af: Wat doen we er nu mee? Wat gaan we behouden?