We wensen een goede relatie op te bouwen met de regiocoördinatoren van de IGS’en. We willen hun eerste aanspreekpunt zijn wanneer ze met vragen zitten of zoeken naar inspiratie. Zelf beschouwen we hen als onze collega’s.
We hebben elkaar nodig om werk te maken van een duurzame en kwalitatieve bovenlokale cultuurwerking. We leren van elkaar en helpen elkaar waar mogelijk. We beogen een wisselwerking onderling.
Hoe meet je de impact van jullie werk?
Het is te vroeg om echt een impact te zien van ons werk, daarvoor zijn onze acties en het decreet te recent. Toch merken we dat steeds meer actoren en beleidsmakers de weg vinden naar OP/TIL om vorm te geven aan hun bovenlokale ambities.
Qua ondersteuning voor de projectdossiers houden we in de gaten welke aanvragers bij ons aanklopten en of hun dossiers al dan niet goedgekeurd werden.
Als we op iets langere termijn mogen dromen, dan zou het mooi zijn als samenwerken over grenzen heen een logische manier van werken wordt. Ook zonder dat daar subsidies aan vasthangen.
Welke tendensen merken jullie op in het bovenlokaal cultuurbeleid?
Opvallend is dat, naargelang de context en de noden, een bovenlokale werking verschillende gezichten kan hebben. Daarom is er geen standaard antwoord op wat bovenlokaal werken nu concreet is. Het is voor iedereen anders, afhankelijk van de context, de plek en de inhoud waarop je inzet.
Het is een optelsom van verschillende invalshoeken en factoren. Het veld is zich nog volop aan het vormen. Daarbij wordt momenteel nog vaak de vergelijking gemaakt met de vroegere provinciale ondersteuningen. Hier gaat het echter om een nieuw beleid dat nog moet uitwijzen of het op het juiste spoor zit.
Die vergelijking gaat dus niet altijd op. We merken ook op dat openbare bibliotheken zich weinig tot niet wagen aan het opmaken en indienen van projectdossiers.
Toch liggen daar zeker kansen voor deze sector. Verder zijn veel organisaties eerder op zoek naar werkingsmiddelen voor hun dagelijkse werking en proberen ze dat in een project te wringen.
Wat kunnen jullie de BAD-sector nog bijbrengen?
We kunnen hen op weg helpen om goede projectdossiers voor bovenlokale cultuurprojecten te schrijven. Via de VVBAD vernamen we dat projectmatig werken en het opmaken van een subsidiedossier werkpunten zijn voor openbare bibliotheken. Ze hebben er weinig ervaring mee.
Ook voor de archief- en documentatiesector zitten er mogelijk kansen binnen dit decreet. Hier zijn er wel nuances te maken tussen de bestuurlijke archieven en de culturele erfgoedsector, maar er werden reeds mooie erfgoedprojecten gehonoreerd in de eerste twee rondes.
En andersom, wat kunnen jullie nog leren van de BAD-sector?
Een betere kennismaking met de archiefen documentatiesector en hun verzuchtingen is zeker relevant. In dialoog kunnen we meer ontdekken van elkaar. Met de werking van openbare bibliotheken zijn we vertrouwd, de bibliotheek als derde plek en de transformatie daartoe is boeiend.
Daarnaast komen in de werking van een bibliotheek verschillende culturele en niet-culturele werelden samen, een van de speerpunten van de werking van OP/TIL. Daarom houden we de evoluties binnen deze sector geïnteresseerd in de gaten.
Met welke issues zijn jullie bezig?
Momenteel trachten we, net als iedereen op deze aardbol, zo constructief mogelijk om te gaan met de COVID-19-crisis. Onze dienstverlening passen we eraan aan.
Maar we kijken vooral bezorgd naar de hard getroffen sectoren en de impact van deze crisis op lange termijn. We willen graag mee nadenken over de manier waarop onze sector zo snel mogelijk, maar op een veilige manier, weer voluit kan gaan.
Eind dit jaar staat er ook een evaluatie van het decreet Bovenlokale Cultuurwerking op de agenda. Het Departement Cultuur, Jeugd en Media (CJM) is trekker van deze evaluatie, maar uiteraard denken wij als steunpunt graag mee over verbeterpunten in het decreet.
Hoe zien jullie de sector en de eigen organisatie evolueren?
OP/TIL werkt niet sectorspecifiek, maar wel transversaal, over sectoren heen. We werken aan een toekomst waarin culturele en niet-culturele actoren elkaar vinden in betekenisvolle en kwalitatieve samenwerkingen. We laten mensen over het muurtje kijken, werken vooroordelen weg en laten vooral de opportuniteiten zien.
OP/TIL is het eerste aanspreekpunt als het over samenwerken gaat. Zeker als je ambities over de grenzen van gemeenten, disciplines en sectoren heen reiken.