Net als andere waarderingsmethodes maakt dit formulier gebruik van een reeks criteria waaraan de waarde van een kabinetsarchief wordt afgetoetst. Een archief kan op elk criterium hoog, gemiddeld of laag scoren, en alle criteria worden op het einde bijeengebracht om een eindoordeel te vormen. Afhankelijk van de klemtonen die de archiefinstelling wil leggen en de context waarbinnen de waardering uitgevoerd wordt kunnen bepaalde criteria meer doorwegen. Het grootste verschil met de bestaande waarderingsmethodes zijn de gebruikte criteria, die specifiek zijn toegespitst op kabinetsarchieven. Deze criteria polsen onder meer naar de vormelijke aspecten en de inhoudelijke waarde van het archief en de mogelijkheden voor het verdere gebruik van het archief in de vorm van onderzoek, publicaties of tentoonstellingen. Bij de waardering wordt er eveneens gekeken naar de archiefvormer en de context waarbinnen het kabinetsarchief tot stand is gekomen. Bepaalde criteria houden bijvoorbeeld rekening met het maatschappelijke belang van het regeringslid en de impact die hij of zij heeft gemaakt. Het betrekken van de archiefvormer en de context vormt het grootste verschil met de bestaande waarderingsmethodes en is de cruciale stap om deze technieken op archieven toe te kunnen passen.
Macrowaardering helpt in de eerste instantie bij het archiefbeheer van kabinetsarchieven. In principe kan men macrowaardering ook gebruiken bij de verwerving van kabinetsarchieven door op basis van beschikbare informatie de waarde van het archief in beeld te brengen. Het is mogelijk om de waarderingstool uit te breiden zodat het in de toekomst ook voor andere types archieven gebruikt kan worden. Door te sleutelen aan de criteria kunnen er zowel algemene als gespecialiseerde waarderingstools gecreëerd worden. Een veelbelovende insteek is om samen met een generische waarderingstool enkele varianten van veelvoorkomende archieftypes te ontwikkelen.
Microwaardering
Een selectielijst is een geschikt hulpmiddel om de grote omvang van de kabinetsarchieven te reduceren. Waarderen kan hier een duidelijke rol spelen door op stukniveau de waarde van archiefdocumenten vast te leggen. Naast selectie kan microwaardering gebruikt worden om archiefdocumenten te valoriseren. Tijdens het waarderen kan men immers stoten op archiefstukken die interessant zijn voor nader onderzoek of voor publiekswerking. Waarderen maakt dus niet alleen selectie mogelijk, maar is tevens een manier om de maatschappelijke waarde van erfgoed te bevestigen en in de kijker te zetten. Het was voor het projectteam niet evident om voor kabinetsarchieven een klassieke selectielijst op te stellen. Ten eerste is er de eerder vermelde enorme variatie tussen kabinetsarchieven op vlak van structuur en inhoud. Ten tweede hanteren kabinetten een veel lossere manier van werken dan de overheidsadministratie, waarbij weinig gebruik wordt gemaakt van vaste procedures. Omwille van het flexibele karakter van de kabinetten werd ervoor gekozen om in plaats van een gedetailleerde selectielijst een waarderingslijst samen te stellen.
Een waarderingslijst geeft een overzicht van de belangrijkste en meest courante documenten die in een kabinetsarchief kunnen voorkomen, en dat voor zowel oudere als hedendaagse kabinetsarchieven. Elk document- of reekstype wordt beschreven op basis van de functie die het vervult in de werking van het kabinet, en de volledige lijst is ingedeeld volgens de functies van de archiefvormer. Door de focus op de functie van de archiefstukken moet er geen onderscheid gemaakt worden tussen papieren en digitale documenten. Bij elk document geeft de lijst een algemene waardering, gaande van zeer laag tot hoog, gevolgd door een toelichting over de inhoud en context van het stuk. Daarnaast wordt bij elk document aangegeven waarom het stuk wel of niet waardevol is en voor welke onderzoeksthema’s het gebruikt kan worden. De waarderingslijst helpt bij het identificeren, situeren, selecteren en valoriseren van afzonderlijke reeksen en documenten uit een kabinetsarchief. Hoewel selectie weliswaar het hoofddoel is van de waarderingslijst, gaat deze qua opzet en doel toch verder dan louter een selectielijst.
De waarderingslijst werd samengesteld op basis van een vergelijkend onderzoek tussen verschillende papieren en digitale kabinetsarchieven, aangevuld met informatie uit bestaande plaatsings- en overdrachtslijsten. Vervolgens werd aan de hand van een lijst criteria vastgelegd wat de gemiddelde waarde is van afzonderlijke documenten en reeksen. Ze polsten voornamelijk naar de waarde die een archiefstuk kan hebben voor wetenschappelijk onderzoek, maar er werd ook rekening gehouden met de mate waarin een document de context en werking van de archiefvormer weerspiegelt of het archief verder helpt ontsluiten (bv. indicateurs en eigen inventarissen). Op termijn zou het mogelijk moeten zijn om deze werkwijze uit te breiden en een methode te ontwikkelen om op basis van waarderingscriteria ook voor andere archieftypes gespecialiseerde waarderings- en selectielijsten te creëren.
De twee beschreven onderdelen werden gebundeld in één werkinstrument, dat een gids vormt voor het volledige ontsluitingsproces van kabinetsarchieven. Via de macrowaardering wordt de globale waarde van een kabinetsarchief vastgelegd, wat het kader vormt voor latere beslissingen in verband met archiefbeheer, bewaring en ontsluiting. Wanneer er uiteindelijk overgegaan wordt op ontsluiting en selectie vormt de waarderingslijst een goede basis voor identificatie, beschrijving en selectie van de archiefstukken. De meest interessante of uitzonderlijke stukken worden via waardering gesignaleerd. Ten slotte voorziet het werkinstrument voldoende contextuele informatie om het geheel in goede banen te leiden. De verschillende onderdelen van het werkinstrument kunnen teruggevonden worden op de website van Archiefbank Vlaanderen.