De overgang van literatuur naar de elektronische vorm vindt plaats in een periode dat voor Europeanen de buitenlandse valuta goedkoper worden. Dat lijkt op het eerste gezicht een gelukkige combinatie. Het btw-tarief op de elektronische vorm van overigens identieke informatie is in Europa veel hoger. Goedkopere buitenlandse valuta verdoezelen tegelijkertijd zowel de jaarlijkse prijsstijgingen voor literatuur als de artificieel duurdere elektronische literatuur. Dit kan leiden tot budgetproblemen voor bibliotheken die literatuur aanschaffen in andere munteenheden dan de euro. Met een eenvoudig model wordt aangetoond voor welke problemen bibliotheken binnenkort kunnen staan. Die kunnen al optreden wanneer de buitenlandse valuta niet verder meer dalen. Maar als die valuta opnieuw duurder worden zullen de problemen alleen maar toenemen. Een lager btw-tarief voor de elektronische vorm van literatuur kan het nodige uitstel geven. Maar de inspanningen die vanuit verschillende hoeken geleverd werden, dreigen door de complexiteit van de zaak in het slop te komen, op Belgisch en op Europees niveau.